Oorspronkelijk afkomstig uit Noord-Amerika, kan asclepias fascicularis giftig zijn voor vee, en om deze reden wordt de plant vaak als onkruid beschouwd in graascontexts, waar het dieren kan schaden. Bovendien kunnen asclepias fascicularis-planten zich lateraal verspreiden via wortelstokken naast zaadproductie, waardoor ze andere soorten kunnen overtreffen in omstandigheden met hoge waterbeschikbaarheid. In situaties waar asclepias fascicularis onkruidachtig is geworden, kan het worden beheerst of verminderd door handmatig uittrekken, maaien en herbicidegebruik. Begrazing wordt niet aanbevolen vanwege de giftigheid, en branden en ploegen kunnen hergroei van overgebleven wortelfragmenten aanmoedigen.