Coccinia is een geslacht met 25 soorten. Het wordt voornamelijk verspreid in Afrika bezuiden de Sahara. Coccinia zijn meerjarige klimmende of kruipende kruiden. Klimmen wordt ondersteund door eenvoudige of ongelijk gesplitste ranken. De meeste soorten ontwikkelen een knol van hypocotyl, soms op wortels. De zaadlobben zijn eenvoudig, heel en hebben een stompe punt. De bladeren zijn meestal gestalkt, zelden ongesteeld. De bloemkroon is ook verbonden aan de basis en heeft vijf vrije lobben. De kleur van de bloemkroon is roomwit tot geelachtig oranje, zelden ook sneeuwwit of roze. De vrucht is een bes met rood vruchtvlees en een rode schil die zelden een witte longitudinale vlek vertoont. De zaden zijn ingesloten in een sappige schil (aril), grijsachtig beige, plat tot linzevormig.