Pegaeophyton gedijt in alpine omgevingen en vertoont opmerkelijke aanpassingen aan koude, zware omstandigheden. Deze compacte, laag-groeiende plant vormt typischerwijs dichte, kussenachtige klonten. De kleine, vlezige bladeren zijn aangepast om vocht op te slaan, waardoor de plant goed is aangepast aan rotsachtige grond met beperkte waterbeschikbaarheid. De bladeren vertonen vaak een blauwachtige of groenachtige tint, wat helpt om zonlicht efficiënt op te nemen op grote hoogtes.