Water:
Pilea plataniflora komt uit vochtige tropische gebieden en gedijt goed met constante luchtvochtigheid en wekelijks water geven. Het verdraagt kortstondige droogte, maar floreert met vocht. Pilea plataniflora groeit het beste in goed doorlatende grond en vereist containers die wateroverlast voorkomen voor optimale groei en vitaliteit.
Snoeien:
Pilea plataniflora heeft brede, levendige bladeren en geeft de voorkeur aan een gematigde luchtvochtigheid. Snoei in het vroege tot late voorjaar, waarbij je dode bladeren en lange stelen verwijdert, maar beperk de knipbeurten tot één derde van zijn grootte. Dit behoudt de gezondheid, moedigt een vollere groei aan en verbetert de luchtcirculatie. Gebruik schone, scherpe gereedschappen.
Vermeerderen:
Pilea plataniflora, een lid van de Urticaceae familie, vermeerdert goed via stekken. Gebruik gezonde, niet-bloeiende scheuten, verse, goed doorlatende grond en houd een constante vochtigheid aan. Zorg voor zachte, indirecte verlichting. Het rooten duurt een paar weken, waarna individuele verzorging de groei bevordert.