Water:
Prasium gedijt met een watergeefschema van eens per 2-3 weken, wat zijn droogtebestendige aard aantoont. Het slaat water efficiënt op en wordt meestal buiten gekweekt, waarbij zorgvuldige monitoring van de bodemvochtigheid vereist is om overbewatering te voorkomen, terwijl er de voorkeur wordt gegeven aan drogere omstandigheden.
Vermeerderen:
Vermeerderingsmethoden voor prasium omvatten zaadzaai, stengelstekken en deling, waarbij licht, 18-24°C (65-75°F) en goed doorlatende grond nodig zijn. Uitdagingen zijn onder andere zaadrust en vochtbeheer. Technieken omvatten het verzamelen van zaden, stratificeren, stekken in het voorjaar en delen in de herfst, waarbij consistente vochtigheid wordt gegarandeerd voor de vestiging van de wortels.