Wintergroene struik of boom tot 18 m lang; gespleten schors. Niervormige stipules op takjes. Bladeren hartvormig of peervormig, soms gelobd, tot 10 cm lang, donkergroen hierboven, witachtig groen onderaan, met plukjes haren in de aderen van de aderen. Cymose bloeiwijze met roze-rode of karmozijnrode klokvormige bloemen; deze met vijf kelkblaadjes en vijf drielobbige bloembladen, 9 tot 13 mm lang; eierstok en stijlen glazig; 15–60 meeldraden. Wratachtig fruit, 1 cm breed, vaak dehiscing op de boom.