6. Iris lactea
Iris lactea heeft een dikke kruipende wortelstok, die bedekt is met roodachtige paarse vezels. Het groeit tot een hoogte tussen, 2.5 tot 46 cm, met een 10 tot 30 cm bloeiende stengel. De bloemen zijn er in verschillende tinten, van lichtblauw tot violet, wit of geel. Het heeft donkere standaarden, delicate witte watervallen, die gestreept zijn met blauw, rood-paars of violet. De bladeren zijn lineair, meestal geribbeld, grijsachtig groen, oprijzend vanaf de basis van de plant. Ze zijn tussen 14 tot 70 cm lang en tussen 3 tot 7 mm breed. Het vrucht (maakt zaden) tussen juni en september (na de bloei), de zaadcapsule is smal en cilindrisch van vorm, met 6 ribben die langs de zijkant van de capsule lopen, die eindigt in een snavelachtige punt.